Voordat ik het weet kruipt hij al. Zodra ik Luca neerleg, rolt hij op zijn buik. Eerst leunde die met moeite op zijn armpjes, nu zijn die vervangen door zijn handen en tilt die zijn billen in de lucht. Af en toe schuift hij een stukje naar voren. De rups techniek werkt dus. Hij glundert vol trots als hij weer een mini stukje vooruit komt. Waarschijnlijk duurt het niet meer lang voordat hij het echt door heeft hoe hij moet kruipen en racet hij zo de kamer door.
Ons huis is nog helemaal niet baby proof gemaakt. We zijn er mee bezig, maar na een tijdje zie je het gewoon niet meer. De kasten moeten heringedeeld worden en ander speelgoed word naar beneden gehaald. Alles waarmee hij kan gooien, op kan kauwen, geluid maakt en kleuren heeft is rete interessant. ALLES gaat in zijn mond. Het liefst wil hij onze hond ook proeven. Doen we niet en gaat never nooit gebeuren. Onze hond ziet het zuchtend allemaal gebeuren, daar gaat haar rust. Zelfs haar mand, haar plekje die ze ruim voor de komst van luca geclaimd had, is veranderd. Is ze niet mee eens. Nog steeds niet. Wanneer ze de kans krijgt gaat ze uit protest op de bank.
Ik vind het lastig om mij voor te bereiden op deze nieuwe fase. Niet alleen qua huis en de inrichting, maar ook met kleertjes. Tot nu toe waren de kleertjes van luca praktisch. Met drukknopjes in plaats van knoopjes... (geloof me, knoopjes = niet handig!) van die rompertjes die lekker stretchy zijn, waardoor alle omkleed en luierverschoningen een makkie worden. Alles lekker zittend en speciaal gemaakt voor die lieve innie minnie bewegende baby’tjes. Maar nu Luca in deze fase beland, “de ik ga kruipen en af en toe wil ik wel eens gaan zitten” fase en maat 74/80 aantikt, verandert er iets aan de babykleding. Laatst wanneer ik de prenantal in liep en naar de oude vertrouwde stellingen opzoek ging naar een nieuwe winter garderobe voor mijn zoontje, kon ik zijn maat niet vinden.
“Alle maat 74 zijn op”. Zei ik tegen mijn man. Je ziet de bui wel hangen. Ik stond dus verkeerd. Want jawel, maat 74 is niet meer voor die innie Minnie baby’s. Geen newborn maatje meer, maar “jongens kleding”. En daar stond ik dan. Maat 74 is het kleinste maatje van de rekken, ik zie al kledingstukken er tussen hangen wat mijn neefjes van 4 passen. Raar maar waar. Mijn jongen wordt groot. En dat is niet het enige. De drukknopjes veranderen in die helse knoopjes en er valt geen enkele kruippakje meer te vinden in zijn maat, terwijl het kruipen nog moet beginnen.
De broekjes hebben zelfs al lusjes waar je een riempje door heen kan halen. Zelfs zag ik truien die leken op die van mijn man. De kleding is veranderd in mini-grotemensenkleding. En hoe leuk die sierknoopjes op de achterkant zijn, dat kan toch niet lekker liggen? Uiteindelijk vond ik stoere, warme en hippe shirts en broekjes die voldoen aan mijn wensen. Ik nam vooral wit en lichtgrijs mee. Dit leek mij wel handig... het zou makkelijk allemaal bij elkaar passen.
Nog een tip: wit = geen goed idee. Tenminste niet als ze hapjes gaan eten. Die wortel krijg je er echt niet uit! Het laatste wat ik nu van het kledingrek wil vissen is wit. Of grijs. Of iets wat een lichte kleur heeft. Ik wil kleding waarbij je niet elke vlek ziet, die de luier op zijn plek houd, lekker zit, warmte geeft en snel drogend is. Wij willen niks schattigs meer, alleen nog maar praktische broeken en truien.